Vanochtend begonnen we de dag met een stevig ontbijt. Geen buffet hier dus een verrassing wat we voorgeschoteld zouden krijgen. We kunnen hier ons Spaans goed oefenen. Eerst kregen we een enorme bak vers fruit en een vruchtensapje. Toen koffie/thee en een flink bord met gallo pinto, scrambled eggs, toast en gebakken banaan met kaas. Het heeft hier de hele nacht gestormd en geregend. Gelukkig viel de regen ’s ochtends wel mee. De wind was nog steeds aanwezig.
Na het ontbijt zijn we over de onverharde hobbelweg (lekker het ontbijt nog even opschudden) naar Selvatura Park, bij Santa Elena national park gereden. Voor ons doen iets flink toeristisch, maar het was het geld waard. Het was een terrein waar je vlak bij elkaar meerdere activiteiten had.
We begonnen met de zip-line. Dat waren 13 kabels waarvan de langste 1 km was. Tussendoor ook nog een ’tarzan swing’, een schommel aan een touw waarbij je je van 10 meter hoogte laat vallen. We zijn alle banen goed overgekomen en het uitzicht was adembenemend. Alleen bij de laatste baan hadden we wat hulp nodig. Dat was een duo-baan maar wij bleken te weinig te wegen samen om tot het eind te komen. We kwamen net een paar meter te kort. Dan moet je je met je handen aan de kabel zelf naar het eind trekken.
Het weer wisselt hier snel. Dan weer zon, dan weer regen, dan mist en dan storm. Met zon is het gelijk ruim 30 graden, de wind kan kil zijn en dan sta je weer te rillen. Soms zie je alles binnen een uur voorbij komen. Tijdens de zip-line regende het een beetje en waaide het flink (op de lange stukken voelde je dat goed). Omdat we even wat rustigs wilden doen er na zijn we naar de humminbird garden geweest, de kolibrietuin. Daar hingen een aantal voederstations waar tientallen kolibries komen eten. Ze zoefden om je oren en kwamen op je hand en schouders zitten.
Daarna zijn we naar bruggen gegaan. 8 bruggen in de boomtoppen van het nevelwoud. Veel nevel hebben we niet gezien want de zon scheen heerlijk. Niets om over te klagen dus. Veel dieren waren er niet te zien. We hebben rupsen en duizendpoten gezien. En een neusbeer. Die beginnen al gewoon te worden.
Daarna zijn we gaan lunchen. Wij hadden voor een pakket betaald en daarbij zat een lunch. We kregen een glas watermeloensap. Vooraf een salade. Voordat Evelien de laatste hap salade op had stond het hoofdgerecht al klaar. Dat is gebruikelijk hier, in elk restaurant volgen de gangen zich razendsnel op. Daarna nog meer sla met kreukelfriet en paella (aparte combi vonden wij). Als toetje thee/koffie met een soort bladerdeeg flap met jam er in en zoete saus er op. We hadden gewoon moeite alles weg te krijgen.
Na de lunch was er nog wat tijd over voor de rondleiding door de vlindertuin zou starten. We hebben nog even in het souvenir winkeltje gelopen voor het begon. De gids was een aardige jonge knul die veel vertelde over de verschillende stadia: ei-rups-pop-vlinder. Hij wees vlindersoorten, rupsen en eitjes aan in de tuin. Gijs had een rood shirt aan en was in trek bij de vlinders. Na de rondleiding hebben we nog gekletst met de gids, leuk om te weten hoe ze aan zo’n baantje komen en hoe ze het vinden. De gids vertelde dat wat wij zo bijzonder vinden aan de natuur in zijn land, voor de Tico’s (costaricanen) heel gewoon is. Een beetje zoals wij zeeuwen ook aan strand en zee gewend zijn en toeristen dat ook geweldig vinden. Voor ons is dat gewoon.
S avonds hebben we het maar bij een boterham met jam gehouden, 3x per dag warm eten zagen wij toch ook niet zitten.